In de gemeenteraden van Wassenaar, Voorschoten en Leidschendam-Voorburg is geschrokken gereageerd op de onderzoeksresultaten van de Rekenkamer over minimabeleid. “Het gaat mij aan het hart als mensen door bureaucratie in een Kafka-achtige situatie terechtkomen en aan het kortste eind trekken.”
Onbekend
Uit het onderzoek van de Rekenkamer blijkt dat veel minima in Wassenaar, Voorschoten, Oegstgeest en Leidschendam-Voorburg niet op de hoogte zijn van gemeentelijke regelingen die hen ondersteuning kunnen bieden. Daarnaast hebben zij moeite met het aanvragen van die ondersteuning.
En er is ontevredenheid over de consulenten in Wassenaar, Voorschoten en Leidschendam-Voorburg. Deze zouden niet klantgericht zijn, weinig maatwerk bieden en vaak onbereikbaar zijn voor gebruikers en hulpverleners.
Aanbevelingen
De gemeenteraden hebben 13 aanbevelingen gekregen van de Rekenkamer. Onder meer om de gemeentelijke regelingen bekender te maken, het aanvragen ervan te vereenvoudigen, en te werken aan een klantgerichte cultuur bij consulenten die werken voor Wassenaar, Voorschoten en Leidschendam-Voorburg.
In Wassenaar en Leidschendam-Voorburg zijn de aanbevelingen reeds overgenomen door de gemeenteraad. Maar in Voorschoten wordt daarover pas in september 2024 een besluit genomen; dit tot onvrede van de oppositiepartijen.
‘Vertragingstactiek’
Het uitstel in Voorschoten werd door een aantal oppositiepartijen betiteld als ‘vertragingstactiek’. “Het rekenkamerrapport was in april 2023 al bekend bij de wethouder. We zijn bijna een jaar later. Het nóg verder uitstellen van een besluit over de aanbevelingen vind ik met geen pen te beschrijven”, aldus PvdA-raadslid Arnold Posthuma.
Raadslid Martine Zoun van Voorschoten Lokaal was het daar niet mee eens. “Wij vinden het goed om de afweging pas te maken als het hele plaatje compleet is. Dus als we zicht hebben op alle consequenties van de aanbevelingen.”
Doelen
Ook raadslid Rianne de Bruin van de VVD verschilde van mening met Posthuma: “De eerste conclusie van de Rekenkamer is dat er doelen zijn. U doet net alsof er dagelijks van alles verkeerd gaat. Maar dat is gewoon niet waar.”
Posthuma erkende dat er minimabeleid is, maar dat dat niet werkt. “Het komt niet tot uitvoering. U heeft geen enkel idee, geen enkel idee hoe moeilijk het is om de hulp georganiseerd te krijgen. Mensen worden cynisch en ook boos naar míj. Want ík kan het óók niet oplossen.”
Wethouder Paul de Bruijn beloofde in april 2024 een raadsinformatiebrief te zullen sturen over de zaken waar gemeente Voorschoten mee bezig is. Zoals met gesprekken over de minimapas en over de mogelijkheid voor een consulent op locatie in Voorschoten.
Gesprekstrainingen
De consulenten die werken voor Wassenaar, Voorschoten en Leidschendam-Voorburg krijgen volgens wethouder Philip van Veller (Leidschendam-Voorburg) gesprektrainingen “om toegankelijker te opereren.”
Hij ziet de onderzoeksresultaten van de Rekenkamer als “belangrijke inbreng voor het nieuwe minimabeleid”. Wat hem betreft wordt aan consulenten en vrijwilligers gevraagd wat zij nodig hebben om mensen beter te kunnen helpen. “Misschien bereiken we daar wel méér mee dan met het vereenvoudigen van aanvragen.”
Buikpijn
In Wassenaar was de gemeenteraad eensgezind over de conclusies en de aanbevelingen van de Rekenkamer. VVD-raadslid Monique van Deursen-van Gool adviseerde de aanpak van gemeente Utrecht te volgen voor het bereiken van mensen: “Laten we niet zelf het wiel gaan uitvinden.”
Een citaat van een inwoner uit Wassenaar had haar geraakt. “Dat mensen buikpijn krijgen om te bellen naar een consulent. Nou, ik vind dat wel heel, heel erg.”
Bureaucratie
Wethouder Ronald Zoutendijk zei dat het college van B&W geschrokken was van de onderzoeksresultaten. “Het gaat hier om een groep bewoners die het toch al niet makkelijk heeft. En wat maken we het dan ook moéilijk voor die groep om de middelen te krijgen waar ze recht op heeft. “
“Het zijn stuk voor stuk belangrijke aanbevelingen. En we nemen deze uiterst serieus. Want ook mij gaat het aan het hart als mensen door bureaucratie in een Kafka-achtige situatie terechtkomen en aan het kortste eind trekken. Dat is gewoon niét goed.”
Oegstgeest
In Oegstgeest is nog niet gedebatteerd over de onderzoeksresultaten.